Dat het de laatste tien jaar hard gaat in de autoindustrie hoef ik niemand te vertellen, de techniek stond niet stil en de rijervaring is voor een groot stuk veranderd. Maar is het wel allemaal beter?
Het idee kwam in mij op toen ik het nieuws las over de nieuwe Volkswagen Golf GTD, na twee generaties afwezigheid is het naamplaatje GTD terug vanonder het stof gehaald. Ikzelf heb een Golf III GTD, onder de motorkap vind je een 1.9 Turbo-Diesel (TD) met een vermogen van 75 pk dat bereikt wordt bij 4.200 toeren per minuut. Het maximale koppel ligt op 150 Nm tussen 2.400 en 3.400 toeren per minuut. Schakelen doe je met een handgeschakelde vijfbak en als je veel geduld hebt is de GTD in staat om een topsnelheid van 165 km/u te halen.
De Golf III GTD moest zich ook kunnen distantiëren van zijn gewone dieselvriendjes, de wagen kreeg van Volkswagen een lagere voorbumper, “sportieve” plastieken afwerking, een kleine dakspoiler, mooie 15″ velgen en GTD plaatjes aan de zijkanten. Binnenin werden Golf GTD rijders verwend met stoffen sportstoelen waarvan het middenstuk net als bij de GTI in een leuk patroon werd uitgevoerd.
De bestuurder werd in de Golf III GTD verder aan zijn lot overgelaten, innovatieve technieken zoals ABS, ESP, Airbags en Airco waren nog niet ingeburgerd en bestonden dan ook niet. Of dat ook allemaal nodig is is maar de vraag. Ik twijfel niet als ik moet kiezen tussen de Golf VI GTD en de Golf III GTD om tegen een boom te rijden maar de rijervaring lijkt mij met de techniek toch voor een deel verloren gegaan. De Golf VI GTD is uitgerust met alle toeters en bellen die je mag verwachten op een hedendaagse auto, met zijn vijf euroNCAP sterren beschikt hij over zeven airbags, WOKS (Anti-wiplash), ESP en ABS. Optioneel kies je zelfs voor afstandsregeling (AAC) en een adaptieve ophanging (DCC). Maar is net dat gevoel van onveiligheid niet spannend? Adrenaline krijg je als je op de rand van een ravijn balanceert, niet als je veilig in een Golf VI zit.
De Golf III GTD heeft het voordeel dat het zonder al die veilige technieken een stuk lichter is en met zijn 75 pk toch nog een leuke rijsensatie kan bieden. Geluidsdicht is hij zeker niet maar dat hoeft ook niet, je hoort elke steen die onder je banden wegschiet, de stuurstang die zijn werk doet en de achterste trommelremmen dichtknijpen bij het remmen. De wagen geeft dan ook sneller het gevoel van snelheid, 120 km/u is echt 120 km/u. Met moderne auto’s kan je al eens het gevoel hebben dat je stilstaat aan zo’n snelheden, net omdat het gevoel van snelheid je ontnomen wordt. Je hoort de motor amper zijn werk doen, je hoort de wind niet fluiten en die put waarover je rijdt wordt veilig weggewerkt door het ESP. Daarom ook heeft de Golf VI GTD 170 pk en een legertje audio-ingenieurs nodig om de bestuurder diezelfde spanning te bezorgen.
Is evolutie dan ook echt evolutie? Op vlak van veiligheid zeker wel, maar veiligheid onderdrukt de prestaties, Volkswagen pakt uit met theoretische verbruikscijfers van 5,3 liter per 100 kilometer. Terwijl de Golf III GTD in realiteit met 5,5 liter per 100 kilometer genoeg heeft. De sprint naar 100 km/u is met 8,1 seconden in de nieuwe GTD een stuk beter dan de meer dan 10 seconden bij de oude GTD en ook de topsnelheid ligt met 222 km/u een stuk hoger. De charme gaat dan weer wel voor een stuk verloren. Belangrijk? Misschien wel, misschien mogen we niet vergeten waar we vandaan komen en is het leuk om eens terug te denken aan de oude golfjes waarmee we toen evenveel plezier beleefden. Maar evolutie zal er altijd zijn, altijd.
Onze eerste Belgische Formule 1-rijder in 17 jaar, Jérôme D’Ambrosio, heeft nieuwe investeerders nodig om volgend jaar in de Formule 1 te kunnen blijven.
Het is de Luxemburgse miljardair Gerard Lopez die opnieuw aan de alarmbel trekt, eerder deed de manager van D’Ambrosio hetzelfde door de sponsors voor dit jaar aan hun betalingsverplichtingen te herinneren. Gerard Lopez is de man die via Genii Capital in het Formule 1 investeert. Hij is één van de eigenaars van Renault F1 en neemt ook het management van D’Ambrosio onder zijn hoede. Het is dankzij Lopez dat we überhaupt een F1-rijder hebben in ons kleine Belgenland.
Maar aan dit hele F1 avontuur kan vrij snel een eind komen, als Lopez tegen het einde van het jaar geen vers geld kan vinden voor D’Ambrosio, dan is dit meteen ook zijn laatste seizoen in de Formule 1. “We hebben heel veel geld geïnvesteerd in een jongeman die overloopt van talent, die het kan maken en die een heel land vertegenwoordigt,” aldus Lopez. D’Ambrosio zou dan ook gezien moeten worden als een ambassadeur voor België, maar jammer genoeg wordt onze F1-piloot niet gesteund door de Belgische bedrijven.
Van een Clijsters of Henin-effect is duidelijk nog geen sprake, terwijl de wereldwijde media-aandacht voor vrouwentennis volgens Lopez in het niets vervalt met dat van de F1. Het zou de man in ieder geval zwaar choqueren als D’Ambrosio geen steun vindt bij Belgische bedrijven. Sterker nog, momenteel lijkt de interesse in onze F1-coureur groter vanuit het buitenland dan vanuit België. Lopez wil D’Ambrosio volgend jaar graag in een beter team onderbrengen, maar daarvoor moeten snel beslissingen genomen worden. Lopez is in ieder geval niet van plan te wachten tot de Grote Prijs van België voor voldoende steun, de beslissing moet al binnen een paar weken vallen.
Dat er vanuit België geen interesse is om D’Ambrosio te sponsoren verontwaardigt ons. Ok, we zijn een klein land, maar we hebben toch enkele sterke internationale spelers die baat kunnen hebben bij de media-aandacht die de F1 krijgt over de hele wereld. We denken bijvoorbeeld aan staaldraadproducent Bekaert, die over de hele wereld actief is en ook in China een grote speler is. Met een omzet van 3,3 miljard en een nettowinst van 367,6 miljoen euro lijkt er nog wel wat geld over voor een sponsorcontract. Ook onze grote bierbrouwer AB Inbev zou een duit in het zakje kunnen doen. Met een omzet van 25,3 miljard en een nettowinst van 4 miljard dollar, lijkt deze multinational zelfs nog meer geschikt om D’Ambrosio te steunen. Waarom niet de opportuniteit ervan inzien en Stella Artois wereldwijd bekend maken als luxebier? En wat met onze grote Vlaamse baggeraars? Zij verdienen miljarden aan baggerwerken over de hele wereld, ook in het Midden-Oosten en China waar F1 erg populair is. Waarom dan niet onze Belgische F1-piloot helpen en zo België mee op de kaart zetten? Tijd voor actie, of we verliezen een beloftevolle Belgische piloot in de Formule 1. (Via: 
Nu het autonieuws uit Genève de tijd heeft gehad om goed te bezinken rest de vraag wat we zeker willen onthouden van dit salon.
Ik ga er geen doekjes om winden, voor mij is de 
