Ook de Porsche 718 Cayman laat twee cilinders vallen, maar werd tegelijk sneller en scherper.

Nog nooit leken de Boxster en Cayman zo hard op elkaar als bij de reïncarnatie van de 718. Ze luisteren voorlopig nog naar twee verschillende namen, maar in feite zijn ze niets meer dan een cabrio- en coupé-versie van eenzelfde model. Zoals bij de 911 Coupé en 911 Cabrio. Voor het eerst staat de Cayman dus naast en niet langer bóven de Boxster. En is hij goedkoper! Dat wil meteen zeggen dat ook de 718 Cayman twee cilinders inboet en een turbo verwelkomt. De 2.0-liter boxermotor levert 300 pk, de krachtigere Cayman S beschikt over een 2.5-liter met 350 pk. Wij gingen op stap met die laatste.


Ondanks de kleinere cilinderinhoud werd de Cayman S een stuk krachtiger dan zijn voorganger. Bovendien krijgt de S-versie een turbo met variabele geometrie, vergelijkbaar aan die van de 911 Turbo. De nieuwkomer is veel sneller bij de pinken dan de atmosferische zescilinder en die onmiddellijke gasrespons houdt hij ook aan over een veel wijder toerenbereik. Eens voorbij de 2.500 toeren gaat het steeds harder tot je uiteindelijk de red line van 7.500 rpm aanraakt. In manuele modus laat de computer van de PDK-transmissie je volledig vrij om die aan te tikken, al wordt het maximale vermogen al eerder bereikt. De prestaties liegen er niet om: een sprintje van 0-100 km/u werkt de Cayman S af in amper 4,4 seconden en zelfs twee tienden sneller met het Sport Chrono Pakket. De viercilinder katapulteert je uiteindelijk tot een topsnelheid van 285 km/u.


Wil je toch zelf schakelen, dan betaal je minder. Al zal je nooit de dodelijke efficiëntie bereiken van de PDK-automaat die zich ook hier op geen enkel punt laat berispen. Digitale meesterklasse aan kinderlijke eenvoud, de versnellingen gaan heen en weer zonder enige vermogensafbraak. De souplesse wordt verder geholpen door een rijk motorkoppel van 420 Nm dat al vanaf 1.900 toeren paraat staat en een zwaargewicht is de Cayman S met 1.385 kilogram al evenmin. Een Lotus is het niet, doch de compacte Porsche voelt aan als een atleet. Maar dat doet de 2.0 ook. Zo’n groot verschil konden we puur gevoelsmatig echt niet optekenen. Auditief bleven we bij de 2.5 ook op dezelfde honger zitten, want de sportuitlaat ten spijt klinkt de viercilinder boxer een stuk monotoner dan de natuurlijk ademende furie die ons nog steeds in onze dromen toeschreeuwt.

Alsof hij onze kritiek hoorde, neemt de Cayman S het mes tussen de tanden wanneer het parcours iets bochtiger begint te worden. Het gemis is al snel verteerd, want de Cayman S is met zijn middenmotor en nagenoeg ideale 45/55 gewichtsverdeling een natuurlijk geboren sportwagen. Tel er het vlijmscherpe chassis bij op en je bent vertrokken voor eindeloos scheurplezier. Het Power Steering Plus zouden we persoonlijk laten vallen, want op dat vlak staat meer digitaal ook hier voor minder gevoel. Scherp blijft het ongetwijfeld, direct evenzeer. De balans van de Cayman S was ook op een minder effen en zelfs vettig winterwegdek moeilijk te verstoren, de Duitser kleeft echt aan de baan.

Designmatig is de Cayman niet meer zijn eigenzinnige zelve. Sommigen zullen dat betreuren, anderen kunnen de scherpe lijnen van de nieuwkomer wel smaken. De neus loert agressiever, het achterste lijkt wat breder op de baan te staan dankzij de zwarte strip die de achterlichten verbindt en het PORSCHE logo wijd uitsmeert. Bij het remmen kleuren gaan voortaan vier LED’s oplichten en ook vooraan telt elk lichtblok vier LED dagstralers. Binnenin laat de Porsche alle concurrenten die komen meespelen mijlenver achter. Alles lijkt goed, riekt goed en voelt goed. Je zit lekker compact en hebt alle bedieningselementen binnen handbereik. De laatste versie van het Porsche Communication Management (PCM) infotainment systeem verdient ook een pluim.

Daarentegen zullen de concurrenten ook niet raken aan zijn prijs, want die van onze testwagen deed ons even twijfelen of er geen 911 op de achterklep stond. Net geen €100.000 voor een Cayman is op zijn minst stevig te noemen. Al moeten we nuanceren. Er is immers al een Cayman vanaf 54.087 euro en die is enorme value-for-money. Bovendien een dikke 2.000 euro minder dan de dakloze Boxster. Er is wel een grote sprong naar de Cayman S (€66.792) en de optielijst leest als een roman. Enkele zaken kan je wel laten vallen, maar de PDK (€3.085,50), het Porsche Active Suspension Management (€1.573) en een navigatie (€1.633,50) tellen al snel op. Tot slot wil je ook niet dat je Cayman er als een saaie muis uitziet: 20-inchers (€1.573) lijken ons een must!

Conclusie
Net als de 718 Boxster is de 718 Cayman een technologisch meesterwerkje. De viercilinder klinkt wat monotoon, maar de prestaties zijn adembenemend. De boxer reageert met een vingerknip op het gaspedaal en zijn souplesse houdt hij aan tot aan de rode lijntjes. De middenopstelling zorgt voor een uitgelijnde balans en het chassis voorziet in een meesterlijke grip. Gezien de stevige meerprijs voor de S zouden we persoonlijk wel opteren voor de 2.0-liter. Die kwam volgens ons geen paard tekort en zo heb je al een mooie som geld vrij om je wagen aan te kleden met het minimum dat je binnen en buiten nodig hebt.

Overzicht:
+ Strak design
+ Schitterende wegligging
+ Prestaties

– Monotone sound
– Peperdure S inclusief opties

Tekst & Foto’s: Tim De Baets