Ford 1.0-liter EcoBoost
In Keulen is de productie gestart van de 1.0-liter EcoBoost krachtbron, die begin 2012 zal debuteren in de Ford Focus.

Na de officiële aankondiging van de kleine krachtbron in juni is gisteren de 580m lange assemblagelijn in werking getreden. Ford’s kleinste motor zal debuteren begin 2012 in de Europese Ford Focus, later zal de driecilinder wereldwijd beschikbaar zijn. De 1.0-liter EcoBoost levert het vermogen van een traditionele 1.6-liter krachtbron, terwijl het verbruik en de CO2-uitstoot beduidend lager liggen.

Hoewel het kleine blok binnen een A4-blad past, levert het een vermogen van 125 pk en een koppel van 170 Nm. Een overboost zorgt zelfs voor 200 Nm. Het verbruik blijft beperkt tot 5,0 liter/100 km en de corresponderende CO2-uitstoot bedraagt 114 g/km. Een extra zuinige versie met 100 pk stoot slechts 109 gram CO2 per km uit, de beste resultaten in het segment.

Ook bij de productie van het motorblok werd getracht de ecologische voetafdruk zoveel mogelijk te verkleinen. Ford introduceerde nieuwe productietechnieken die het noodzakelijke volume koelvloeistof bij het bewerken van aluminium motoronderdelen reduceren tot slechts 5 milliliter per component, terwijl dat voorheen tot 2 liter bedroeg. Verder is het mogelijk de geproduceerde motoren te testen zonder ze te starten, wat opnieuw resulteert in een daling van de CO2-uitstoot en het benzineverbruik.

Ford investeerde 134 miljoen euro in de high-tech assemblagelijn, die 350.000 motoren per jaar moet afleveren. Vanaf begin 2012 kan de Europese productie oplopen tot 700.000 stuks per jaar, wanneer een nieuwe Ford-fabriek in Roemenië zich eveneens toelegt op de productie van de kleine driecilinder. Na de Focus zal de 1.0-liter EcoBoost ook verschijnen in de Ford C-Max en de nieuwe Ford B-Max, waarvan de productie volgend jaar start.

Lees hier onze rijtest met de Ford C-Max 1.6 TDCi 115 pk
Lees hier onze rijtest met de Ford Focus  1.6 TDCi 115 pk

Ford 1.0-liter EcoBoost