Video: Top Gear Bolivia Special

Welke supersportwagen is jouw favoriet (en dus de beste?) als je moet kiezen tussen de McLaren 750S en Ferrari 296 GTB? Tenzij je écht vermogend bent staat kiezen vaak garant aan verliezen. Zeker in autoland waar er zoveel knappe, prachtige en speelse bolides zijn die om je zuurverdiende (?) centjes vragen. Anderen zijn dan weer (vooral) een interessante investering waardoor de dagdagelijkse bruikbaarheid ietwat verloren gaat… In het segment van de meer potente sportwagen vinden we de McLaren 750S en Ferrari 296 GTB terug. Afgezien van hun afwijkende (geografische) oorsprong noteren we onderhuids ook de nodige verschillen. Wel komen beide sportwagens desgewenst in een dakloze vorm, dan moet je zoeken naar de 750S Spider en 296 GTS. De McLaren 750S is een doorontwikkeling van de 720S maar de 4.0-liter V8 levert nu 750 pk. In 2,9 seconden zit deze snelle Brit aan 100 km/u en die blijft vervolgens maar doorknallen tot 341 km/u. Voor een Belgische bestelbon moet je minstens 284.800 euro neertellen. Terwijl hij weinig te maken heeft met de F8 Tributo voorganger neemt de Ferrari 296 GTB toch zijn plaats in. Misschien is het zelfs meer het kleine SF90 broertje. De 296 GTB is namelijk een plug-in hybride op basis van een 3.0-liter V6. Goed voor een systeemvermogen van 830 pk, 0-100 chrono van eveneens 2,9 seconden en 330+ km/u topsnelheid. Met een bijna identiek Belgisch prijskaartje van 287.945 euro (in basisvorm!) bewijst de Ferrari 296 GTB opnieuw zijn relevantie met de McLaren 750S. Ben Barry van het Britse Car Magazine bracht beide kemphanen bij elkaar en zocht naar een winnaar. Maar welke geniet jouw voorkeur?

Of we een zonnige zomer tegemoet gaan moet nog blijken maar met de Aston Martin DB12 Volante hebben we alvast gepast vervoer gevonden. Zelfs ten tijden van aprilse weersgrillen blijven we positief en kijken we uit naar een hopelijk zonnige zomer! Nog beter zou het worden met een Aston Martin DB12 Volante ter beschikking. Dat is de dakloze evenknie van de reguliere DB12 Coupé, beiden mag je gerust zien als een stevige doorontwikkeling van de DB11 basis. Hetzij met een aangedikte looks, véél moderner interieur en louter een V8 in het vooronder. Inderdaad, Aston Martin neemt stilaan afscheid van haar iconische V12 benzinemotor. In de DB11 was die nog 5.2-liter groot, voorzien van twee turbo’s maar vooral 608 pk sterk. De DB12 modellen rekenen steevast op de 4.0-liter AMG V8, met 680 pk wel potenter én tegelijk lichter. De Aston Martin DB12 Volante is achterwielaangedreven, voorzien van een 8-traps automaat en sprint in 3,6 seconden naar 100 km/u. De topsnelheid bedraagt een stevige 325 km/u, geen idee wat dat moet geven met wapperende haren. Dat zijn exact dezelfde prestatiecijfers als de gesloten DB12 evenknie, opmerkelijk genoeg is de torsiestijfheid van de Volante zelfs beter (5%)! Wel is de cabriolet ongeveer 110 kg zwaarder. De stoffen dakconstructie verdwijnt (en komt terug) in 16 seconden, desgewenst zelfs al rijdend (max 50 km/u). Maar onze Britse collega Alex Legouix van AutoTrader toont hier aan dat de knappe looks en heerlijke lifestyle karakter het best tot hun recht komen in zomerse weersomstandigheden. Toch wanneer het Belgische prijskaartje (minstens 250.000 euro), verbruik (12+ liter per 100 km) en uitstoot (276 g/km CO2) geen probleem vormen. Bij Aston Martin Brussels en Antwerpen helpen ze je ongetwijfeld graag verder. Nog meer videomateriaal van de Aston Martin DB12 Volante

Als eerbetoon aan een kwart eeuw Pagani Zonda komen een groep getalenteerde Italiaanse studenten met de beeldschone Alisea Concept. Dat school niet persé saai hoeft te zijn bewijst het Istituto Europeo di Design (IED) uit Turijn. Daar mochten studenten zich namelijk uitleven aan een eerbetoon voor de Pagani Zonda die recentelijk zijn 25ste verjaardag vierde. Niemand minder dan CEO Horacio Pagani himself werkte zowaar mee aan het Alisea project! In tegenstelling tot hedendaagse conceptmodellen bestaat de Pagani Alisea Concept zowaar effectief, er zou zelfs een werkende V12 krachtbron aanwezig zijn! Ook de LED koplampen functioneren volwaardig net zoals bepaalde aero onderdelen. Officieel beeldmateriaal van het interieur werd niet vrijgegeven, we moeten de Italianen op hun woord geloven dat de renders waarheidsgetrouw zijn. Of de Istituto Europeo di Design leerlingen nu officieel aan de slag kunnen bij Pagani is niet duidelijk, wel oogt het project bijzonder knap op je sollicitatiebrief. Vermoedelijk blijft het ook bij slechts één exemplaar. Tenzij er natuurlijk enige interesse heerst onder het vermogende Pagani cliënteel, dan is een beperkte productie nooit veraf. Afgezien van enkele verdwaalde one-off’s was de Pagani Zonda tussen 1999 en 2019 in productie. Ook diens opvolger, de Huayra, heeft alreeds het stokje doorgegeven aan de Utopia nieuwkomer.