MINI breidt het gamma met rasse schreden uit: de Paceman vervolledigt het sprookje van MINI en de zeven dwergen.
Er was eens een klein, guitig wagentje dat vele successen neerzette in rally en racerij. Maar goed drie meter lang, een kleine anderhalve meter breed en met een hoogte van zo’n dertienhonderd millimeter een echte dwerg in het voertuigenbos. Maar klein is fijn en ondertussen meer dan 50 jaar later zijn vele knappe prinsessen nog steeds verknocht aan de schattige vierwieler. Zij vertroetelden hem over de jaren heen zo hard dat hij sterk groeide en wel een kleine halve ton bijkwam, maar gelukkig heeft hij nog steeds geen duwtje nodig om aardig vooruit te komen. Hij kreeg er ondertussen ook al zes dwergvriendjes bij, de ene al wat groter dan de andere. Zijn laatste vriendje luistert naar de naam Paceman en die vonden wij terug ver, mijlenver onder de taalgrens, diep in de Ardense bossen. Samen gingen we op ontdekkingstocht.
Visueel doet de Paceman het meeste denken aan de Countryman, maar volgens de marketeers van MINI is hij veel meer dan zomaar een coupé-versie daarvan. Al lijkt hij vooraan met zijn hexagonale grille als twee druppels water op de kleine crossover, langszij worden de verschillen overduidelijk. Een naar beneden lopende daklijn, twee langgerekte deuren in plaats van vier en uitdrukkelijk sterker gespierde schouders boven de achterste wielkasten. Achteraan krijgen we twee grote horizontaal gerichte lichtblokken en een kleine in het dak geïntegreerde spoiler. Die laatste moet een sportieve noot geven, want de MINI Paceman wordt immers gepositioneerd als Sports Activity Coupe (SAC). Met 4.109 mm (4.115 mm voor S en SD) is hij 12 mm langer dan de Countryman, de wielbasis verschilt amper een mm in het voordeel van de Paceman en de breedte is nagenoeg gelijk. In de hoogte wordt het grootste verschil neergetekend en is de Paceman wel een dikke 43 mm lager. Langer, lager en even breed, wat dus alleen maar positief kan zijn voor het weggedrag!
Die dynamische capaciteiten konden we nagaan in drie verschillende exemplaren: een MINI Paceman Cooper S, een Paceman Cooper SD en als kers op de taart een MINI Paceman John Cooper Works. Die laatste is uitsluitend met ALL4 vierwielaandrijving te verkrijgen, en maar beter ook. Op het gehavende wegdek door de Ardennen met daarbovenop nog vele oneffenheden voelt de Paceman met 4WD gewoonweg een stuk zekerder aan dan de modellen met louter voorwielaandrijving. Zonder steun van de achterste wielen kregen de voorste wielen van de Paceman Cooper S en SD het al eens moeilijk, wat de chauffeur door het stuurwiel duidelijk meekrijgt. Al is moeilijk daarom niet minder leuk, want de Paceman heeft dat typische, directe MINI-stuurgevoel waardoor rijden ermee steeds een plezier is. De hogere zitpositie zal vooral bij vrouwen geliefd zijn, maar de FUN-factor is verzekerd, zeker in de Ardennen! Het echte kart-gevoel van de MINI Cooper of MINI Coupé heb je door de hogere rijhoogte en het daardoor nu en dan lichte overhellen dan weer niet, maar dat de Paceman met zijn standaard sportophanging dynamischer presteert dan de Countryman, staat buiten kijf. Met een gematigde velghoogte rijdt de Paceman tot slot ook nog iets comfortabeler dan de MINI Cooper, maar verwacht ook geen wonderen. Putten ontwijken blijft beter dan ze te verteren. Opteren voor een normale ophanging en rijhoogte (gratis), kan natuurlijk ook steeds helpen.
Binnenin is de Paceman met zijn kenmerkende centrale snelheidsmeter typisch MINI. Een gezellige, kleine cocoon waarin vier volwassen personen probleemloos kunnen plaatsnemen. De achterste twee passagiers krijgen twee individuele zetels met meer dan voldoende zijdelingse steun en beenruimte is er dankzij een uitsparing in de voorste zetels zeker genoeg. Qua hoofdruimte is de Paceman met zijn aflopende daklijn natuurlijk geen benchmark, maar zolang je niet groter bent dan 1m80 moet dat wel meevallen. Verder beschikt ook de Paceman over het MINI Center Rail opbergsysteem, dat in optie over de gehele lengte van de auto kan doorlopen. Met zijn bagagevolume van 330 liter scoort de Paceman gezien zijn afmetingen ook niet slecht en deze kan met behulp van de afzonderlijk neerklapbare rugleuningen zelfs uitgebreid worden tot 1.080 liter. Handig voor de grotere boodschappen.
Natuurlijk gingen wij niet om booschappen, wij zaten nog steeds in de Ardennen. De eerste Paceman die we aan de tand mochten voelen doorheen het bochtige landschap was de Paceman Cooper SD. Onder de motorkap een 2.0-liter diesel met 143 pk en een maximum koppel van 305 Nm. Ongetwijfeld genoeg voor de dagelijkse pendel, maar op de al eens sterker hellende wegen nu en dan wat nipt. Voor inhalen was er zelfs vaak ietsje te kort, waardoor de minder vermogende Paceman Cooper D ons al snel een groot vraagteken leek. Na 80 kilometer namen we reeds afscheid en gingen we over naar de Paceman John Cooper Works, de topper uit het gezelschap.
Een sportiever jasje, stevigere remmen, een aangepaste ophanging en onder de motorkap natuurlijk een 1.6-liter turbomotor met een vermogen van 218 pk en 280 Nm. En ondanks deze over minder koppel beschikte, leek alles toch een stukje soepeler te gaan met deze JCW. Tenminste, nadat we onder de knie hadden hoe de automatische zesbak in zijn werk ging. In tegenstelling tot de traditie, is het in de MINI Paceman JCW duwen om terug te schakelen, trekken om op te schakelen. Welke peddel je ook gebruikt. En of je nu voor de automatische transmissie of de manuele zesbak kiest, de sprint van 0-100 km/u duurt bij beiden slechts 6,9 seconden. De soundtrack die daarbij vrijkomt klinkt natuurlijk beter dan de zelfontbrander uit de SD, maar het zijn vooral de plofjes uit de dubbele uitlaat die naast de acceleraties zelf voor sensatie zorgen.
Plofjes die ook wel eens uit de uitlaat van de Paceman Cooper S durven te komen eens in Sport-stand geschakeld. Onder de motorkap ligt hier een minder aangepast, maar tevens 1.6-liter turboblok. Bij 5.500 toeren bereikt de krachtbron het maximum vermogen van 184 pk, terwijl het koppel maximum 240 Nm bedraagt. De ideale motorisatie voor de MINI Paceman als je het ons vraagt, wil je het uiterlijk van de wagen volledig discreet houden. We mochten dan wel het meeste plezier beleven met de Paceman JCW, de Paceman Cooper S kwam aardig in de buurt. Alleen qua stoppend vermogen leek er een wereld van verschil te bestaan, of zou dit naast de andere remmen ook liggen aan het aantal testkilometers en de journalisten die ons voorgingen? Hoe dan ook, de MINI Paceman Cooper S slaagde er meer dan goed in onze testdag met een glimlach af te sluiten.
Conclusie
Op een oordeel over de dagdagelijkse kwaliteiten van de MINI Paceman blijft het wachten tot een uitegebreide rijtest, maar over de dynamische prestaties ervan konden we nergens beter dan in de Ardennen onze conclusies trekken. De MINI Paceman is een stijlvol, plezierig wagentje met de typische MINI fun-factor. Zijn ietwat hogere rijhoogte kan hij niet volledig wegsteken, maar het stuurgevoel blijft op en top. Motorisch kon de John Cooper Works ons als waar speelgoed natuurlijk het meeste bekoren, maar de Paceman Cooper S kwam aardig in de buurt. Met zijn standaard voorwielaandrijving vraagt die laatste zo nu en dan wel wat extra attentie, maar ALL4 is ook optioneel (+ €1.800) voor deze verkrijgbaar. Prijzen beginnen van 23.950 euro voor de Paceman Cooper tot 37.900 euro voor de JCW. De Paceman Cooper SD gaat voor 30.500 euro de deur uit, terwijl onze voorkeur de jouwe is vanaf 29.500 euro.
Overzicht
+ Gedurfd design
+ Dynamische weggedrag én MINI-fun
+ Motorprestaties Paceman Cooper S en JCW
– Minder intuïtieve automaat JCW
– SD voelt benepen aan
Tekst: Tim De Baets
Foto’s: Tim De Baets & MINI (Thierry Tricot)
Ruim, comfortabel en vooral voorzien van een indrukwekkend rijbereik, de nieuwe Fisker Ocean SUV komt met een aantrekkelijk geheel. En de hippe California Mode natuurlijk!
Naast de zuiver elektrische Cooper (S)E varianten voorziet MINI haar nieuwe (driedeurs) telg ook als Cooper C (156 pk) en Cooper S (204 pk) met verbrandingsmotor.
Naast de frisse (herkenbare!) vormgeving, hightech interieur (met de 9,44” Interaction Unit blikvanger) en de bijna eindeloze personalisatiemogelijkheden draait bij de 
MINI geeft alvast een hoop informatie vrij omtrent de funky Aceman, hun zuiver elektrische crossover die later dit jaar gepresenteerd zal worden.
MINI heeft de switch naar een EV gamma ingezet. Zo getuige de zuiver elektrische varianten van de 
